bushalte

Een bushalte.

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bushalte    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈbʏshɑɫtə/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈbʏshɑltə/
Woordafbreking
  • bus·hal·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bushalte bushalten, bushaltes
verkleinwoord bushaltetje bushaltetjes

Zelfstandig naamwoord

bushalte v/m

  1. (verkeer) een plek waar een bus stopt en mensen in en uit de bus kunnen stappen
    • Als er vertraging is, staan hier vaak veel mensen bij de bushalte. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bushalte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.