binnenplaats
![](../I/m/Palazzo_Pestalozza-Dal_Verme_(foto_di_Francesco_Garretta).jpg)
Nederlands
Woordafbreking
- bin·nen·plaats
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van binnen en plaats
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | binnenplaats | binnenplaatsen |
verkleinwoord | binnenplaatsje | binnenplaatsjes |
Zelfstandig naamwoord
binnenplaats v
- een open ruimte omringd door gebouwen, vaak tussen voor- en achterhuis
- In de zomer konden we uren op de binnenplaats zitten.
Vertalingen
1. een open ruimte omringd door gebouwen, vaak tussen voor- en achterhuis
Gangbaarheid
- Het woord binnenplaats staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'binnenplaats' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.