binnenhof
Nederlands
Woordafbreking
- bin·nen·hof
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van binnen en hof [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | binnenhof | binnenhoven |
verkleinwoord | binnenhofje | binnenhofjes |
Zelfstandig naamwoord
binnenhof v/m [2]
- een hof of tuin binnen de muren van een gebouwencomplex; kom vooral voor als (deel van een) naam
Gangbaarheid
- Het woord binnenhof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.