bevolkingsgroep

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·vol·kings·groep
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bevolkingsgroep bevolkingsgroepen
verkleinwoord bevolkingsgroepje bevolkingsgroepjes

Zelfstandig naamwoord

bevolkingsgroep v/m

  1. een bepaald deel van de bevolking met een bepaald kenmerk in een samenleving of gebied
    • De bevolkingsgroep van 25 tot 64 jaar zal in Europa flink afnemen. 
    • De Pathanen zijn de grootste bevolkingsgroep van Afghanistan. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bevolkingsgroep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.