beven

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·ven
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
beven
beefde
gebeefd
zwak -d volledig

Werkwoord

beven

  1. inergatief hard en heftig trillen door angst of door kou
    • Hou toch eens op met beven en kalmeer eens even! 
    • Hij beefde van de kou nadat hij 2 uur had geschaatst. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord beven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Middelnederlands

Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

beven

  1. beven
Overerving en ontlening


Oudnederlands

Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

beven

  1. beven
Schrijfwijzen
  • beuen
Overerving en ontlening
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.