bereiden

Niet te verwarren met: berijden

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·rei·den
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Germaanse werkwoord raidjan ‘gereedmaken’ met het voorvoegsel be- [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bereiden
bereidde
bereid
zwak -d volledig

Werkwoord

bereiden

  1. overgankelijk het klaarmaken van bijvoorbeeld een maaltijd
    • Kun jij de maaltijd voor ons bereiden? 
Gelijkklinkende woorden
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bereiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.