prepare
Engels
Naar frequentie | 683 |
---|
Uitspraak
- Geluid: prepare (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /prɪˈpɛə/
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Latijnse werkwoord praeparare (bereiden) met het voorvoegsel pre-.
Werkwoord
prepare
- overgankelijk bereiden, klaarmaken, toebereiden
- overgankelijk, (kookkunst) bereiden, klaarmaken, toebereiden (een maaltijd, het eten)
- «The meal took two hours to prepare.»
- De maaltijd duurde twee uur voor hem toe te bereiden.
- «The meal took two hours to prepare.»
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
preparar |
prepare
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van preparar
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van preparar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van preparar
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.