begrotingstekort
Nederlands
Woordafbreking
- be·gro·tings·te·kort
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van begroting en tekort met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | begrotingstekort | begrotingstekorten |
verkleinwoord | begrotingstekortje | begrotingstekortjes |
Zelfstandig naamwoord
begrotingstekort o
- Er wordt in de Verenigde Staten veel ophef over het begrotingstekort gemaakt, soms door politici die eerder van harte aan de vergroting ervan hebben meegewerkt.
Vertalingen
1. de mate waarin de inkomsten van de staat minder zijn dan de uitgaven
Gangbaarheid
- Het woord begrotingstekort staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.