bedrieglijk
Nederlands
Woordafbreking
- be·drieg·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | bedrieglijk | bedrieglijker | bedrieglijkst |
verbogen | bedrieglijke | bedrieglijkere | bedrieglijkste |
partitief | bedrieglijks | bedrieglijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
bedrieglijk
- misleidend, leugenachtig, zich mooier voordoen dan de werkelijkheid
- Een bedrieglijk glimlachje speelde om haar mond.
- waarin men zich licht kan vergissen
- Het is van een bedrieglijke eenvoud, want erachter gaat een hele wereld schuil.
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord bedrieglijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bedrieglijk' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.