leugenachtig
Nederlands
Woordafbreking
- leu·gen·ach·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | leugenachtig | leugenachtiger | leugenachtigst |
verbogen | leugenachtige | leugenachtigere | leugenachtigste |
partitief | leugenachtigs | leugenachtigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
leugenachtig
- (van persoon) geneigd om veel te liegen.
- leugens bevattend
- Een leugenachtig antwoord.
Afgeleide begrippen
- leugenachtigheid
Gangbaarheid
- Het woord leugenachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'leugenachtig' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.