bedekken
Nederlands
Woordafbreking
- be·dek·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
bedekken |
bedekte |
bedekt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
bedekken
- overgankelijk iets over iets heen plaatsen zodat het niet zichtbaar is
- We moesten de spullen in de kofferbak bedekken tegen dieven.
- In moslim landen moeten de vrouwen hun haar bedekken.
- (kookkunst) een product met saus of iets anders overgieten
Vertalingen
1. iets over iets heen plaatsen zodat het niet zichtbaar is
Gangbaarheid
- Het woord bedekken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bedekken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.