bankbreuk

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bank·breuk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bankbreuk bankbreuken
verkleinwoord bankbreukje bankbreukjes

Zelfstandig naamwoord

bankbreuk v / m [1]

  1. (juridisch) faillissement ten gevolge van feiten die strafrechtelijk vervolgbaar zijn
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Afgeleide begrippen
  • bankbreukig
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord bankbreuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.