baldadig

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bal·da·dig
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘roekeloos, uitgelaten’ voor het eerst aangetroffen in 1732 [1]
  • Samenstellende afleiding van bal (slecht) en daad met het achtervoegsel -ig [2]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen baldadigbaldadigerbaldadigst
verbogen baldadigebaldadigerebaldadigste
partitief baldadigsbaldadigers-

Bijvoeglijk naamwoord

baldadig

  1. wild, uitgelaten, ondeugend, overmoedig
    • Je hebt je handen zeker vol aan dat baldadige kind, of niet? 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord baldadig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.