alledag
Nederlands
Woordafbreking
- al·le·dag
Woordherkomst en -opbouw
Bijwoord
alledag
- gewoon, niet bijzonder, steeds terugkerend
- Wij leven in een welvarend en aantrekkelijk land, ook in vergelijking met andere landen, en beschikken over goede voorzieningen, een goede infrastructuur en een sterke rechtsstaat. We hebben heel veel om trots op te zijn en op verder te bouwen. Tegelijkertijd zijn in de maalstroom van alledag onrust en onbehagen kenmerken van deze tijd. [1]
Gangbaarheid
- Het woord alledag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'alledag' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Troonrede 2016
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.