aansporen
Nederlands
Woordafbreking
- aan·spo·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aan en sporen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aansporen |
spoorde aan |
aangespoord |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
aansporen
- overgankelijk nadrukkelijk aanzetten tot een bepaalde actie
- Zij werden aangespoord door hun supporters om niet op te geven.
Vertalingen
1. opwekken
Gangbaarheid
- Het woord aansporen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'aansporen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.