espolear

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • es·po·le·ar
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
espolear
espoleaba
espoleado
volledig

Werkwoord

espolear

  1. aanmoedigen, aansporen, aanzetten, aandrijven, drijven
  2. sporen, de sporen geven aan (een paard)

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.