Lotyš

Slowaaks

Zelfstandig naamwoord

Lotyš m bezield

  1. (demoniem) Let; een man met de Letse nationaliteit
  2. (demoniem) Let; een man behorend tot het Letse volk
Afgeleide begrippen


Tsjechisch
Uitspraak
  • IPA: /lɔtɪʃ/
Woordafbreking
  • Lo·tyš
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van Poolse woord Łotysz

Zelfstandig naamwoord

Lotyš m bezield

  1. (demoniem) Let; een man met de Letse nationaliteit
  2. (demoniem) Let; een man behorend tot het Letse volk
  1. «Lotyši a Litevci jsou jediní přežívající členové pobaltských národů a baltských jazyků indoevropské rodiny.»
    De Letten en Litouwers zijn de enige overblijvende leden van de Baltische volken en Baltische talen van de Indo-Europese taalfamilie.
Verbuiging
enkelvoud meervoud
nominatief Lotyš Lotyši / Lotyšové
genitief Lotyša Lotyšů
datief korte vorm Lotyšu Lotyšům
lange vorm Lotyšovi
accusatief Lotyša Lotyšy
vocatief Lotyše Lotyši / Lotyšové
locatief korte vorm Lotyšu Lotyšech
lange vorm Lotyšovi
instrumentalis Lotyšem Lotyšy


Hyperoniemen
  • Evropan m bezield
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Verwijzingen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.