Oost-Bergisch

Oost-Bergisch of Oostbergisch (Duits: Ostbergisch) is een Duits dialect in het Bergische Land aan de grens van Westfalen. Het is van afkomst Nederfrankisch, dus zeer verwant met het Nederlands.

- HET LIMBURGS TAALLANDSCHAP -
Het Maas-Rijnlandse (Kleverlands-Limburgs- Nederrijnse) dialectcontinuüm

Typologie

Het Oost-Bergisch is een overgangsdialect tussen het Zuid-Nederfrankisch of Limburgs en het Nedersaksische Westfaals. Dit dialect is bijzonder met het Kleverlands verwant. Oost-Bergisch wordt samen met Kleverlands ook als een dialect van het Nederlands beschouwd. Het behoort eerder tot het Limburgs dan tot het Noordelijk Maas-Rijnlands.

Topografie

Oost-Bergisch wordt gesproken in het gebied oostelijk van de Uerdinger linie, in de steden Mülheim an der Ruhr, Essen-Werden, Essen-Kettwig, Velbert-Langenberg, Wuppertal-Elberfeld, Remscheid-Lüttringshausen, Remscheid-Lennep, Radevormwald, Hückeswagen, Wipperfürth, Marienheide, Gummersbach en Bergneustadt. De laatste zes plaatsen liggen in de Oberbergischer Kreis.

Tekstvoorbeelden

Een goed voorbeeld van het Oost-Bergisch is het Langenberger Platt, waarin het Nederduits doorklinkt. Een specimen is de volgende tekst[1]:

Kall Platt!

Köms du nich tereit met de Ortografie,
Kallst hochdütsch met Knubbeln, wie Tante Marie,
Trotzdem seck de Scholme-ister het Möhe gegewen,
Domet du dat kanns em späteren Lewen,
Dann ärger deck nich, on mak deck niks drut,
Ongerholl deck met dem Nober öwer döt on dat,
Oewer blos nich met Striepen, dann kall lewer platt.

Dichter bij Kleverlands staat het Mülheimer dialect, het Mölmsch. Het bekendste lied in het Mölmsch is het Mülheimer Sint-Maartenslied Ssinter Määtes Vöögelsche, een bedelliedje. Zijn tekst gaat gedeeltelijk terug op een Germaans volksgeloof. Het heeft zich van de Nederrijn, waar wel zijn herkomst ligt, onder meer naar het westen verbreid, over Limburg en Noord-Brabant tot in Vlaanderen. Ssinter Määtes Vöögelsche behoort aldus tot het Europese cultuurgoed.[2]

Woordenschat

Enige typisch Mölmsche woorden zijn: D: angeben – strunze, D: Bach – Beek, D: empfindlich – quiselig, D: Fahrrad – Flitzepee, D: geben – cheewe, D: gehen – chohne, D: Hammer – Haamer, D: Hunger – Schmaach, D: Mülheim – Mölm, D: Kartoffel – Ärpel.

Zie ook

Noten

  1. uit 'Kall Platt!' door Otto Bürger in het boekje Alt-Langenberg. Vertellkes – Geschichten – Erlebtes, Arbeitskreis Alt-Langenberg, 1986/87, p. 21.
  2. Tekst en muziek zijn te vinden op
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.