Granaatappel

De granaatappel (Punica granatum) is zowel de één tot zes meter hoge struik met lange, doornige takken als de vrucht van deze struik. De plant behoort tot de kattenstaartfamilie (Lythraceae) dan wel de familie Punicaceae (orde is in revisie). De plant kan in droge tijden zijn blad verliezen. De kortgesteelde, glanzende, groene blaadjes groeien tegenoverstaand en dicht op elkaar. De blaadjes zijn ovaal en toegespitst met een gave rand. Ze zijn 0,5-2,5 x 1-10 cm groot. De oranjerode bloemen vormen zich aan de toppen van de scheut of aan korte zijscheuten in groepen van een tot vijf. Op meerdere Griekse eilanden komen ondersoorten voor die redelijk vorstbestendig zijn. Deze groeien voornamelijk in de bergen.

Granaatappel
Granaatappel
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Rosiden
Orde:Myrtales
Familie:Lythraceae (Kattenstaartfamilie)
Geslacht:Punica
Soort
Punica granatum
L. (1753)
Opengesneden granaatappel
Afbeeldingen Granaatappel op Wikimedia Commons
Granaatappel op Wikispecies
Portaal    Biologie
Granaatappelbloem

Herkomst

Granaatappels waren oorspronkelijk afkomstig uit Perzië (tegenwoordig: Iran) en worden al eeuwenlang gekweekt rond de Middellandse Zee, het Midden-Oosten, Afghanistan, India en de Kaukasus. De geslachtsnaam van de struik, Punica, is een herinnering aan de Feniciërs, die de teelt hebben verspreid, deels om religieuze redenen. Het granatum komt van het Latijnse woord voor korrel, granum. De edelsteen granaat is waarschijnlijk naar de granaatappel genoemd, niet alleen vanwege de kleur, maar ook vanwege de vorm van de cellen, die wel wat op edelsteentjes lijken.

Vrucht

De vrucht van de granaatappel is rond en 8 à 12 cm groot. De vrucht is heel sappig en bevat grote cellen zoals een citrusvrucht, maar in elke cel zit een pitje van ongeveer 3 mm groot. Om de pitjes zit een soort gelei, zoals om de pitjes van een tomaat. Bovendien bevat de vrucht veel vellen. Omdat de vellen niet lekker smaken, vereist het eten van de vrucht het zorgvuldig pellen van elke cel. Bij rijpe vruchten is het vruchtvlees donkerrood. De schil is erg stevig en leerachtig.

De vrucht kan wel uitgeperst worden, al gaat daarbij veel vruchtvlees verloren. Het sap van de granaatappel vormde oorspronkelijk de basis voor grenadine. Grenadine is lange tijd de algemene benaming voor allerlei siropen geweest, zoals limonadesiroop dat nu is. Het is tegenwoordig een soort limonadesiroop die wordt gebruikt in cocktails, zoals in tequila sunrise, en grenadine wordt niet meer gemaakt van granaatappelsap, maar is het een mengsel van andere vruchten.

In Nederland zijn er diverse granaatappeldranken verkrijgbaar.

Mythologie en religie

Granaatappels staan symbool voor vruchtbaarheid vanwege hun vele zaden, maar ook voor de dood vanwege de rode kleur van het binnenste van de vrucht.

De Griekse godin Persephone werd gedwongen elk half jaar naar de Hades terug te keren omdat ze zes granaatappelzaden had gegeten.

In de Bijbel (Tenach of Oude Testament) wordt de granaatappel vaak genoemd. In het Hooglied worden bijvoorbeeld de wangen van de vrouw vergeleken met een granaatappel.

Een offerdrager met granaatappelen, Egyptische muurschildering.

De eerste afbeeldingen van de granaatappelboom zijn gevonden op grafschilderingen van de Egyptenaren van 2500 voor Christus. De boom wordt al sinds de oudheid geprezen om zijn gezonde invloed en koninklijke uitstraling. Hij staat voor de vernieuwing van de natuur en is een symbolische weergave van de diversiteit en eenheid van het leven.

Toetanchamon kreeg in zijn graftombe granaatappels mee om de wedergeboorte te bevorderen.

De Egyptenaren dachten zelfs dat granaatappelsap een levenselixer was dat onsterfelijk maakte. In China is de granaatappel een van de drie gezegende vruchten van het boeddhisme. De granaatappel wordt daar gezien als een vrucht met geconcentreerde levenskracht.

Als teken van rijkdom en vruchtbaarheid is de granaatappel ook gebruikt in de aankleding van de eerste tempel van koning Salomo. Beide pilaren bij de ingang zouden zijn getooid met twee rijen van granaatappels.

Ook verleiding is onlosmakelijk verbonden met deze vrucht. Er wordt zelfs gezegd dat de boom van de granaatappels dezelfde is als de boom van de kennis van goed en kwaad in het paradijs van Adam en Eva. Het zou de granaatappel zijn die tot de verbanning van Adam en Eva uit het paradijs heeft geleid.

Trivia

  • Streken die naar de granaatappel zijn genoemd zijn het Spaanse Granada en het Caraïbische eiland Grenada. De vrucht staat dan ook in het stadswapen van Granada, maar de vrucht op de vlag van Grenada is een muskaatnoot en geen granaatappel.
  • Ook de handgranaat is naar de granaatappel genoemd, vooral vanwege de vorm, maar ook omdat de zaden om je heen schieten als de vrucht op de grond valt.
  • De grenadilla is vernoemd naar de granaatappel omdat ze lijkt op een kleine granaatappel, maar is een soort van het geslacht passiebloem (Passiflora).
  • In het boek Koning van Katoren moet de hoofdpersoon een granaatappelboom omhakken waaraan appels hangen die ontploffen als ze op de grond vallen.
  • De granaatappel wordt sinds recent ook als afrodisiacum gerekend, omdat deze testosteronniveaus doet stijgen bij zowel mannen als vrouwen.
  • In het Rider-Waite tarotspel staan granaatappelen afgebeeld bij de Keizerin en de Hogepriesteres.
Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Punica granatum op Wikimedia Commons.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.