zwakheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwak·heid
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van zwak met het achtervoegsel -heid.
enkelvoud meervoud
naamwoord zwakheid zwakheden
verkleinwoord zwakheidje zwakheidjes

Zelfstandig naamwoord

zwakheid v

  1. het zwak-zijn
    • Van zwakheid wordt soms misbruik gemaakt. 
  1. gebrek, fout
    • Ieder mens heeft z'n zwakheden. 
Hyponiemen
  • karakterzwakheid, wilszwakheid, zielszwakheid
Verwante begrippen
Verwante begrippen
  • hartzwakte, lichaamszwakte, ouderdomszwakte, zenuwzwakte, zwakteanalyse
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord zwakheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.