zurig

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zu·rig
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van zuur met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen zurigzurigerzurigst
verbogen zurigezurigerezurigste
partitief zurigszurigers-

Bijvoeglijk naamwoord

zurig [1]

  1. een beetje zure smaak of geur hebbend
    • De zurige smaak van de wijn was eigenlijk wel vervrissend. 
  1. boos en ontevreden zijn
    • De zurige man was nooit tevreden. 
  1. een lage pH hebbend
    • Door het hogere koolzuurgehalte in de zee, wordt het zeewater een beetje zurig. 
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord zurig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.