zakenvrouw
Nederlands
Woordafbreking
- za·ken·vrouw
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zaak en vrouw met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zakenvrouw | zakenvrouwen |
verkleinwoord | zakenvrouwtje | zakenvrouwtjes |
Zelfstandig naamwoord
zakenvrouw v
- (beroep) een vrouwspersoon die zich richt op commerciële activiteiten
- De gewiekste zakenvrouw, van het jaar 2000, die de internetaanbieder naar de beurs bracht, moest opstappen omdat de beursgang een fiasco werd.
Gangbaarheid
- Het woord zakenvrouw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zakenvrouw' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.