zachthout

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zacht·hout
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zachthout zachthouten
verkleinwoord zachthoutje zachthoutjes

Zelfstandig naamwoord

zachthout o [1]

  1. hout zonder houtvaten waar tracheïden voor het transport van water in de boom zorgen, hout van naaldbomen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'zachthout' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.