willekeur
Nederlands
Woordafbreking
- wil·le·keur
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘believen, grilligheid’ voor het eerst aangetroffen in 1611 [1]
- samenstelling van wil en keur met het invoegsel -e-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | willekeur | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- handeling die zich niet aan enige regel buiten de voorkeur van de handelaar stoort, vrije verkiezing
- (pejoratief) grillig handelen
- Deze behandeling was volstrekte willekeur.
Gangbaarheid
- Het woord willekeur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'willekeur' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.