wekken
Nederlands
Woordafbreking
- wek·ken
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘wakker maken’ voor het eerst aangetroffen in 1100 [1]
- (causatief) bij waken: wakker doen zijn
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
wekken |
wekte |
gewekt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
wekken
- overgankelijk wakker maken
- Ze wekte het kind.
- overgankelijk veroorzaken
- Hij wekte een verkeerde indruk.
Vertalingen
1. wakker maken
2. veroorzaken
Gangbaarheid
- Het woord wekken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'wekken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.