wecken
Nederlands
Woordafbreking
- wec·ken
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘(levensmiddelen) conserveren’ voor het eerst aangetroffen in 1913 [1]
- Genoemd naar een bedrijf dat Weck heette en de glazen weckflessen op de markt bracht
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
wecken |
weckte |
geweckt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
wecken
- overgankelijk levensmiddelen conserveren door na kokend te steriliseren luchtdicht af te sluiten
- Die boontjes zijn twee jaar geleden geweckt en nog steeds goed eetbaar.
Gangbaarheid
- Het woord wecken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'wecken' herkend door:
67 % | van de Nederlanders; |
39 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.