weifelen
Nederlands
Woordafbreking
- wei·fe·len
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘aarzelen’ voor het eerst aangetroffen in 1562 [1]
- frequentatief gevormd uit het verouderde weiven "zwaaien" (vergelijk: wuiven) met het achtervoegsel -el
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
weifelen |
weifelde |
geweifeld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
weifelen
- in besluiteloosheid niet tot handelen overgaan
- Hij weifelde even voor hij besloot toch de straat over te steken en dat werd hem fataal.
Vertalingen
1. in besluiteloosheid niet tot handelen overgaan
Gangbaarheid
- Het woord weifelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'weifelen' herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
81 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.