waterkant

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wa·ter·kant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord waterkant waterkanten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

waterkant m

  1. daar waar land ophoudt en een water, zoals beek, rivier, meer of kanaal begint
    • We hebben heerlijk een middagje aan de waterkant gezeten. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord waterkant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.