wanhopen
Nederlands
Woordafbreking
- wan·ho·pen
Woordherkomst en -opbouw
- van Middelnederlands, *samenstelling van wan bn en hopen ww [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
wanhopen |
wanhoopte |
gewanhoopt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
wanhopen
- inergatief denken dat de zaken niet meer ten goede kunnen keren
- Na enige dagen op zee hulpeloos rondgedobberd te hebben begonnen sommigen te wanhopen.
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord wanhopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'wanhopen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.