waaghals

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • waag·hals
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘iemand die alles durft’ voor het eerst aangetroffen in 1482 [1]
  • samenstelling van  waag ww  en  hals  
enkelvoud meervoud
naamwoord waaghals waaghalzen
verkleinwoord waaghalsje waaghalsjes

Zelfstandig naamwoord

waaghals m

  1. iemand die veel durft
    • Er staat een waaghals op het punt om van de klif af te springen. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord waaghals staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.