voorbijgaan

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  voorbijgaan    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /vo̝rˈbɛɪ̯χan/
    • (Vlaanderen, Brabant): /vorˈbɛːɣan/
    • (Limburg): /vorˈbɛɪ̯ɣan/
Woordafbreking
  • voor·bij·gaan
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
voorbijgaan
ging voorbij
voorbijgegaan
klasse 7 volledig

Werkwoord

voorbijgaan

  1. ergatief langs een bepaald punt gaan
    • Dezelfde fietser ging opnieuw voorbij. 
  1. ergatief tot verleden gaan behoren
    • Die tijd is voorgoed voorbijgegaan. 
  1. inergatief niet in beschouwing nemen
    • Er werd daarmee geheel voorbijgegaan aan de wil van de Iraanse bevolking. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord voorbijgaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.