vluchteling
Nederlands
Woordafbreking
- vluch·te·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vluchteling | vluchtelingen |
verkleinwoord | vluchtelingetje | vluchtelingetjes |
Zelfstandig naamwoord
vluchteling m
- iemand die uit angst voor vervolging zijn land is ontvlucht
- Er kwam door de oorlog in het buurland een groot aantal vluchtelingen naar Syrië.
- iemand die voortvluchtig is
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord vluchteling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vluchteling' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.