-ling
Nederlands
Huidig bestand |
---|
107 |
Uitspraak
- IPA: /lɪŋ/
Woordafbreking
- -ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | -ling | -lingen |
verkleinwoord | -lingetje | -lingetjes |
Achtervoegsel
-ling m maakt een zelfstandig naamwoord dat een mannelijke persoon aanduidt:
- die aan een plaats gebonden is
- een eigenschap heeft zoals aangeduid door de stam waaraan het achtervoegsel gehecht wordt
- iemand die het genoemde heeft of ertoe gezind is
- iemand die de genoemde handeling verricht of ondergaat
Afgeleide begrippen
- -lings - bijwoorden
- -linge v
Afgeleide begrippen
enige woorden met dit voorvoegsel die nog moeten worden aangebracht
|
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.