vliegenier
Nederlands
Woordafbreking
- vlie·ge·nier
Zelfstandig naamwoord
vliegenier m [3]
- (beroep) bestuurder van een vliegtuig of luchtschip
- De Britse piloten van Ryanair hebben ingestemd met loonsverhogingen tot wel 20 procent. Dat is via geheime stemmingen gebeurd en vliegeniers van de prijsvechter kunnen op de loonstrook van deze maand al een hoger bedrag tegemoetzien.[4]
- Hansen was voor zijn acteercarrière vliegenier bij de Amerikaanse marine en vocht mee in Azië tijdens de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog volgt hij zijn droom en begint hij met acteren. Hij krijgt zijn eerste grote rol in 1950 in de speelfilm Branded met Alan Ladd.[5]
Afgeleide begrippen
- vliegenierster, vliegenierslaars
Gangbaarheid
- Het woord vliegenier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vliegenier' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "vliegenier" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- vliegenier op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Telegraaf 18 jan 2018
- de Telegraaf 12 apr. 2017
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.