vinter

Vinter
Winter

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈʋintəɾ /
Woordafbreking
  • vin·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoordse zelfstandige naamwoord vetr
Naar frequentie 4216
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vinter     vinteren     vintere
vintre
vintrer  
  vinterne
vintrene  
genitief   vinters     vinterens     vinteres
vintres
vintrers  
  vinternes
vintrenes  

Zelfstandig naamwoord

vinter, m

  1. (tijdrekening) winter, wintertijd
  1. «Den beste pleien for huden om vinteren er gode fuktighetskremer.»
    De beste zorg voor je huid in de winter zijn goede vochtinbrengende crèmes.
  2. (astronomie) de astronomische winter (noordelijk halfrond: van 21 december tot 20/21 maart; zuidelijk halfrond: van 21 juni tot 22/23 september).
  3. (meteorologie) de meteorologische winter (de periode waarin de temperatuur voor de normale dag op de juiste plaats onder 0° C ligt).
Afgeleide begrippen


Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈʋintəɾ /
Woordafbreking
  • vin·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoordse zelfstandige naamwoord vetr
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vinter     vinteren     vintrar     vintrane  

Zelfstandig naamwoord

vinter, m

  1. (tijdrekening) winter, wintertijd
  2. (astronomie) de astronomische winter (noordelijk halfrond: van 21 december tot 20/21 maart; zuidelijk halfrond: van 21 juni tot 22/23 september).
  3. (meteorologie) de meteorologische winter (de periode waarin de temperatuur voor de normale dag op de juiste plaats onder 0° C ligt).
Afgeleide begrippen


Zweeds

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / vịn:ter /
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vinter     vintern     vintrar     vintrarna  
genitief   vinters     vinterns     vintrars     vintrarnas  

Zelfstandig naamwoord

vinter, g

  1. (tijdrekening) winter
  1. «Nu är det snart vinter, snart kommer snön .. åååh vad härligt!»
    Nu is het winter, de sneeuw zal binnenkort komen .. oh hoe mooi!
Holoniemen
  • årstid
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • i vintras
afgelopen winter, vorige winter
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.