velg
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- velg
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘buitenrand van wiel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1364 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | velg | velgen |
verkleinwoord | velgje | velgjes |
Zelfstandig naamwoord
velg v/m
- (techniek) de buitenrand van een wiel waar de band omheen zit
- De velg van dat wiel was helemaal versleten.
Hyponiemen
- achtervelg, sportvelg, voorwielvelg
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. de buitenrand van een wiel waar de band omheen zit
Gangbaarheid
- Het woord velg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'velg' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.