uitgeven

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·ge·ven
naamwoord van handeling
zelfstandig bijvoeglijk
uitgevenuitgevend
uitgave
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘publiceren’ voor het eerst aangetroffen in 1537 [1]
  • samenstelling van  uit bw  en  geven ww 
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitgeven
gaf uit
uitgegeven
klasse 5 volledig

Werkwoord

uitgeven

  1. overgankelijk geld ~: financiële middelen aanspreken
    • Ik heb toch niet zo veel geld uitgegeven. 
  1. overgankelijk een geschrift in drukvorm verspreiden
    • Dit boek is al in 1934 uitgegeven. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uitgeven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.