trapezium

Drie trapeziums.
trapezium definitie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tra·pe·zi·um
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘vierhoek met twee evenwijdige zijden’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1654 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord trapezium trapeziums
trapezia
verkleinwoord trapeziumpje trapeziumpjes

Zelfstandig naamwoord

trapezium o

  1. (meetkunde) een vierhoek waarvan twee zijden evenwijdig lopen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord trapezium staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

enkelvoud meervoud
trapezium trapeziums, trapezia

Zelfstandig naamwoord

trapezium

  1. (meetkunde) trapezium
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.