superlatief
Nederlands
Woordafbreking
- su·per·la·tief
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘overtreffende trap’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1633 [1]
- afgeleid van het Latijnse ferre (dragen) met het voorvoegsel super- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | superlatief | superlatieven |
verkleinwoord | superlatiefje | superlatiefjes |
Zelfstandig naamwoord
superlatief m
- (taalkunde) de overtreffende trap (van een bijvoeglijk naamwoord)
Gangbaarheid
- Het woord superlatief staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'superlatief' herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.