string
Nederlands
![](../I/m/Sexy_g-string-bikini_-_Cada_Dia_Mais_Linda.jpg)
stringtanga
Woordafbreking
- string
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘minuscuul broekje dat van achter slechts uit een koordje bestaat’ voor het eerst aangetroffen in 1983 [1]
- uit het Engels
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | string | strings |
verkleinwoord | stringetje | stringetjes |
Zelfstandig naamwoord
string v / m
- (informatica) reeks tekens (tevens in sommige programmeertalen een datatype)
- in de programmeertaal 'M' kennen we alleen het datatype string
- (natuurkunde) basaal "deeltje" in de stringtheorie
- tanga die van achter slechts uit een koordje ('string') bestaat, stringtanga
- streng ??
Gangbaarheid
- Het woord string staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'string' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Engels
Zelfstandig naamwoord
string
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to string |
he/she/it | strings |
verleden tijd | strung |
voltooid deelwoord |
strung |
onvoltooid deelwoord |
stringing |
gebiedende wijs | string |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.