sleutelhanger

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sleu·tel·han·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sleutelhanger sleutelhangers
verkleinwoord sleutelhangertje sleutelhangertjes

Zelfstandig naamwoord

sleutelhanger m

  1. ring om sleutels aan te hangen, vaak voorzien van een logo of label
    • Die gsm-operator deelt sleutelhangers uit als reclamestunt. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord sleutelhanger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.