slaapmiddel
Nederlands
Woordafbreking
- slaap·mid·del
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van slaap ww en middel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | slaapmiddel | slaapmiddelen |
verkleinwoord | slaapmiddeltje | slaapmiddeltjes |
Zelfstandig naamwoord
slaapmiddel o
- (farmacologie) een geneesmiddel dat slaap veroorzaakt, in de zin van makkelijker in slaap vallen en/of langer doorslapen
- Mogelijk schrikken grootgebruikers terug voor „het stigma verslaving”, oppert Paling. Zeker is dat veel gebruikers geen idee hebben hoe gevaarlijk de slaapmiddelen kunnen zijn, zegt Paling, die bij Radboudumc in Nijmegen onderzoek doet aan benzodiazepinen.[1]
Vertalingen
1. een geneesmiddel dat slaap veroorzaakt
Gangbaarheid
- Het woord slaapmiddel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'slaapmiddel' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.