scheet

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • scheet
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘wind’ voor het eerst aangetroffen in 1440 [1]
  • Naamwoord van handeling van schijten.
enkelvoud meervoud
naamwoord scheet scheten
verkleinwoord scheetje scheetjes

Zelfstandig naamwoord

scheet m

  1. gasontlading uit de darm
    • Zeg, heb jij soms een scheet gelaten? 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
schijten

scheet

  1. enkelvoud verleden tijd van schijten
    • Ik scheet. 
    • Jij scheet. 
    • Hij, zij, het scheet. 

Gangbaarheid

  • Het woord scheet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.