ruwheid
Nederlands
schuurpapier kun je kopen in verschillende graden van ruwheid
Woordafbreking
- ruw·heid
Zelfstandig naamwoord
ruwheid v [1]
- het niet prettig in de omgang zijn van een persoon
- Optie één is de Europese tot nu toe. Hij wordt gedoseerd ingevoerd binnen bestaande politieke verhoudingen en soepel aangepast aan de hoogte van de dreiging. Hij bestaat gedeeltelijk uit symboliek, uit veiligheidsgebaren die niet veel kosten en geruststellen. Dat lukt alleen wanneer het terrorisme en de dreiging ervan niet blijvend hoog zijn. Is dat wel het geval, dan wordt het op den duur zaak om naar een rijke sponsor te zoeken. Is die er niet, dan treden ruwe tijden aan. Want ruwheid is het kenmerk van de alternatieven. [2]
- het niet glad zijn van een voorwerp
- Ik vond de ruwheid van de handdoek wel prettig bij het afdrogen.
Gangbaarheid
- Het woord ruwheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ruwheid' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.