rijksweg
Nederlands
![](../I/m/Rijksweg_200_001.svg.png)
het rijkswegen net van Nederland
Woordafbreking
- rijks·weg
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rijk en weg met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rijksweg | rijkswegen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
rijksweg m [1]
- (verkeer) een meestal grote doorgaande weg die in beheer is van de centrale overheid van een land
- „De gebiedscommissie stelt zich op het standpunt dat op de [...] locaties [Charloisse Poort en Vaanplein] plaatsing van een windturbine onacceptabel is. De stapeling van huidige geluids- en stankoverlast en veilligheidsrisicio’s van spoor, rijksweg en havencomplex is nu al dermate belastend voor het woon- en leefmilieu dat plaatsing van een windturbine de problemen alleen maar vergroot. Daarnaast past plaatsing van een windturbine op geen enkele wijze bij de voorgenomen woningbouw [...]. [2]
Gangbaarheid
- Het woord rijksweg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'rijksweg' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.