revue

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·vue
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘show’ voor het eerst aangetroffen in 1898 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord revue revues
verkleinwoord revuetje revuetjes

Zelfstandig naamwoord

revue v / m [3]

  1. theatershow bestaande uit een aaneenschakeling van zang, dans en toneel in de vorm van komische of satirische sketches
  2. (kritisch) tijdschrift, weekblad
  3. (verouderd) monstering, inspectie
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord revue staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

enkelvoud meervoud
revue revues

Zelfstandig naamwoord

revue

  1. revue (theatershow)
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.