redacteur

Nederlands

Uitspraak

Geluid: redacteur (hulp, bestand)

Woordafbreking

re·dac·teur

Woordherkomst en -opbouw

Naamwoord van handeling van redigeren met het achtervoegsel -eur

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	redacteur	redacteuren redacteurs
verkleinwoord	redacteurtje	redacteurtjes

Zelfstandig naamwoord

redacteur m

(beroep), (media) iemand die berichten verzamelt en bewerkt voor publicatie

Hyponiemen

beeldredacteur
buitenlandredacteur
bureauredacteur
collega-redacteur
chef-redacteur

eindredacteur
filmredacteur
fondsredacteur
fotoredacteur
gastredacteur

hoofdredacteur
kunstredacteur
lezersredacteur
mederedacteur
muziekredacteur
nachtredacteur

opmaakredacteur
oud-redacteur
reisredacteur
sportredacteur
stadsredacteur
tekstredacteur

tijdschriftredacteur
toneelredacteur
vakredacteur
webredacteur
weekbladredacteur
wetenschapsredacteur

Afgeleide begrippen

redacteur-secretaris, redacteurschap, redacteurswerk, puzzelredacteur

Verwante begrippen

mannelijke vorm van redactrice

Vertalingen

1.

Duits: Herausgeber ^(de) m
Engels: editor ^(en)

IJslands: ritstjóri ^(is) m
Spaans: redactor ^(es) m

Gangbaarheid

Het woord redacteur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'redacteur' herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

Zie Wikipedia voor meer informatie.

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.