raadhuis

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • raad·huis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord raadhuis raadhuizen
verkleinwoord raadhuisje raadhuisjes

Zelfstandig naamwoord

raadhuis o [1]

  1. (geschiedenis) gebouw waar de gemeentediensten gehuisvest waren
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • raadhuisdeur
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord raadhuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.