praat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  praat    (hulp, bestand)
  • IPA: /praːt/
Woordafbreking
  • praat
enkelvoud meervoud
naamwoord praat -
verkleinwoord praatje praatjes

Zelfstandig naamwoord

praat m

  1. het spreken over een bepaald onderwerp
    • Wat is dat voor rare praat! 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Werkwoord

vervoeging van
praten

praat

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van praten
  2. gebiedende wijs van praten

Gangbaarheid

  • Het woord praat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.