pony

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·ny
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘paardje’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1847 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord pony pony's
verkleinwoord pony'tje pony'tjes

Zelfstandig naamwoord

pony m

  1. (zoogdieren) een klein soort paard
    • Kinderen willen vaak graag een pony hebben. 
  1. haardracht waarbij het haar op het voorhoofd naar voren wordt gekamd en even boven de wenkbrauwen is afgeknipt
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord pony staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

Uitspraak
  • IPA: /ˈpoʊni/
enkelvoud meervoud
pony ponies

Zelfstandig naamwoord

pony

  1. pony
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.